Belgische vleesproducenten bieden service op maat aan

Belgische vleesproducenten werken zo flexibel mogelijk—in alle fasen van het proces: slachten, afwerken en verpakken. Ze stemmen hun werking ten volle af op de eisen van hun klanten. En zo onderscheiden de Belgische vleesleveranciers zich dan ook vaak: door service op maat aan te bieden. Dat soort service veronderstelt kennis en expertise en dat is juist waar de Belgische producenten voor bekendstaan.

De voorbije twee decennia heeft in de Europese slacht- en uitbeenindustrie een uitgebreid consolidatieproces plaatsgevonden. Een logische fase, die voor de sector een aanzienlijke investering en professionalisering met zich meebracht.

De industrie, met België in het hart ervan, stapte ambitieus het nieuwe millennium binnen. De grote sterkte van de Belgische ondernemingen ligt in:

• Hun kennis en expertise: de Belgische industrie wordt ook vandaag nog altijd gekenmerkt door een familiaal karakter. Het management van heel wat Belgische bedrijven bestaat uit familieleden van de tweede, derde en zelfs vierde generatie. Het resultaat is een uitstekende mix van professionalisme en expertise. Dit is cruciaal voor het aanbieden van service op maat.
• Hun service op maat: in Belgische slachthuizen en slagerijen werken professionals die de wensen van hun klant minutieus naleven en exact leveren wat overeengekomen is.
• Hoge graad van specialisatie: de top 5 van de Belgische slachthuizen is goed voor zowat 80% van de totale rundvleesproductie. Sommige slachthuizen staan enkel in voor het slachten en verkopen van volledige karkassen, andere zijn dan weer louter gespecialiseerd in het uitbenen en versnijden – terwijl er vanzelfsprekend ook full-servicebedrijven zijn, die het volledige proces voor hun rekening nemen. Deze hoge specialisatiegraad (één soort of activiteit) is typisch voor België, in tegenstelling tot de Europese Unie en de rest van de wereld. De specialisatie brengt focus en toewijding met zich mee.

In alle lidstaten van de Europese Unie worden geslachte runderen ingedeeld volgens een vast schema. Deze indeling, geldig voor runderen die minstens 8 maanden oud zijn, wordt  bepaald door 3 aspecten:

Deze classificatie staat als een triplet vermeld op het etiket: categorie, bevleesdheid, vetheid. Bijvoorbeeld: AS2.

Het slachthuis kan de geslachte runderen bovendien nog indelen in subklassen van  bevleesdheid en vetheid. Deze subklassen worden aangegeven met de tekens -, = en + (afhankelijk van de mate van bevleesdheid en vetheid).

Ook deze subklassen staan dan vermeld op het etiket, waarbij ze direct volgen op de letter of het cijfer van de klasse in kwestie. Bijvoorbeeld= DR+4-, BR-3.

In de praktijk

De indeling van geslachte runderen wordt gemaakt door classificeerders. Deze classificeerders zijn verbonden aan het slachthuis en worden erkend door het departement Landbouw en Visserij. Hun prestaties worden regelmatig op de slachtlijn gecontroleerd en geëvalueerd. Ook in de koelcellen van de slachthuizen wordt de kwaliteit van de indeling regelmatig gecontroleerd.